ZSG 3 - SOS 2018/2019 Klasse 3c
vrijdag 19 oktober
vrijdag 19 oktober | ZSG 3 | - | Pegasus 2 | |
dinsdag 13 november | Veluws S.G. 3 | - | ZSG 3 | |
dinsdag 11 december | Veluws S.G. 4 | - | ZSG 3 | |
vrijdag 18 januari | ZSG 3 | - | DSV Ons Genoegen 1 | |
februari | vrij | |||
vrijdag 22 maart | ZSG 3 | - | Denk en Zet / N.G.K.Z 1 | |
dinsdag 9 april (gezamenlijke slotronde in Ermelo) | Schaakstad Apeldoorn 3 | - | ZSG 3 |
Vrijdag 22 maart, een behoorlijk drukke schaakavond in De Terp. Ons tweede team in de SOS-competitie moest na een 2,5 - 2,5 tussenstand van een week geleden de klus tegen Dronten zien te klaren om in 2 D nog enig uitzicht te houden op lijfsbehoud. Hoe dit afliep, lees je aan het eind van het artikel.
In 3 C kon De Roeiboot vrijuit spelen tegen gedoodverfd kampioen Denk en Zet/N.G.K.Z. Huiskamervraag: waar staat dat N.G.K.Z. voor?
Aan Lees verder...
Ze had zich tegen ons gekeerd: Caïssa. Na een uur spelen was het me al duidelijk. Na onze - toch wat gelukkige - overwinning op VSG 3, vorige maand, waarbij ze opzichtig Henk naar de overwinning had gekust en Anna een toren had geschonken, had de Godin - grillig als ze is - besloten vanavond de stand VSG – ZSG in de klasse 3c maar weer eens gelijk te trekken. ‘Gewoon, omdat het kan!’ had ze gedacht. En dat, terwijl wij misschien wel gedacht hadden dat het nóóit zou kunnen. Vorige maand, immers, wonnen we nog van VSG 3, en dit vierde team zou dan natuurlijk alleen maar zwakkere spelers bevatten. Niets bleek minder waar, misschien ook omdat VSG 4, door het opstellen van een aantal alleen thuisspelende reserves, er niet zwakker op leek te zijn geworden. In de auto was het met Gijs, Ineke en Anna nog zó gezellig geweest, maar waren we wel scherp genoeg? Henk reisde met George en Robert. Koen kwam op eigen gelegenheid uit Kampen naar Ermelo.
De ontvangst was opnieuw allerhartelijks. Wel meldde de altijd alerte Robert nog even dat hij iemand ons als ‘de vijand’ had horen omschrijven, maar in een voormalig Protestants Militair Tehuis (PMT: zie mijn verslag van november) had ik daar wel begrip voor. Na een minuut stilte voor een overleden clublid konden we aan de slag. In dezelfde zaal speelden VSG 2 en de Combinatie 1, en in het hele PMT was deze avond opnieuw geen militair te bekennen.
Het begon allemaal goed. Na een kwartier bleek dat George al remise had gespeeld (herhaling van zetten in een Siciliaan op zet tien!). Zijn tegenstander had er, met pionwinst voor het grijpen, blijkbaar absoluut geen zin in, vanavond. Het was zo snel gepiept dat niemand er iets van gezien had. George was weg… Toen we hem begonnen te missen, bleek hij al grijnzend met zijn smartphone aan de stamtafel te zitten. Zijn eerste resultaat bij de senioren: ik zou precies hetzelfde gedaan hebben. Wel werd het nog een lange avond voor George en zijn smartphone!
Hierna gaf ik aan het derde bord mijn Dame weg. Ik had in het middenspel alle aanvalspatronen zorgvuldig doorgerekend, zag kansen voor een lastige Koningsaanval, mijn paarden werden actief… Alleen had ik vergeten dat mijn tegenstander ook meespeelde. Schijnt vaker voor te komen. Nu ik dit opschrijf, ben ik er nog steeds doodziek van. Zeker ook gezien de einduitslag van de match. Die schaamte zal nog wel even blijven. Begerig staarde ik later die avond in de conversatieruimte naar de vitrines met de afbeeldingen van de hier zo populaire ‘Veteranenhond’: tegen woede, angst en psychische problemen! Het leven is toch eigenlijk één grote anticlimax, dacht ik somber...
Koen ging aan het vijfde bord gewoon mat. Hij stond een pionnetje voor, maar zijn Koning stond er wel erg luchtig bij. ‘Ik had die Dame wel gezien, maar niet dat mijn tegenstander er me mat mee kon zetten.’ Koen ging vroeg naar huis, vanavond. Hij had nog wel goed geslapen, appte hij me de volgende morgen. Hij wel!
Robert misrekende zich ergens (‘Ik val aan! Volg mij!’) en raakte daar zo van in de war dat hij spontaan allerlei materiaal begon weg te geven. Bijzonder hier was dat beide spelers na afloop van de partij ontdekten dat de ZSG-speler had opgegeven na een onreglementaire zet van zijn tegenstander. Never a dull moment in de klasse 3c van de SOS-competitie! De stand was nu 3,5 – 0,5 voor VSG 4. Hol galmde, na al deze ongein, de schrille lach van Caïssa door de gewelven van het Protestants Militair Tehuis.
Gelukkig hadden we aan het eerste bord Gijs! Ik weet niet helemaal zeker of hij schaken uiteindelijk toch mooier vindt dan bridgen, maar hij was er wel weer! In ieder geval is hij hondstrouw aan de Roeiboot, en dat siert hem. Ook vanavond weer bleek hoe hard we hem nodig hebben. Via omwegen was er de ruilvariant van een geweigerd damegambiet (Fritz) op het bord verschenen, en na een wat premature opstoot van de zwarte c-pion stond onze witspeler voortdurend erg comfortabel. Vooral aan het slot van de partij werd het surplus aan klasse van de Arbiter duidelijk: het is de moeite waard om het vanuit het diagram nog even na te spelen!
G. de Koning Gans x W. Hagendijk na 19. Lf5
19. … Txc1 (beter was 19. … Tb8) 20. Txc1 Pb6(?) 21. Tc7! Pfd7(?) 22. Lxd7 Pxd7 23. Lxe7 Txe7 24. Pf5 en opgegeven
De stand was nu 3,5 – 1,5 en we speelden nog aan drie borden. Nóg was de Zombie Survival Guide niet verloren! Wel stond Anna met zwart een toren achter, ‘maar ze schaakte gewoon nog even door.’ Caïssa houdt erg van haar; ik denk dat onze achtste bordspeelster dat zelf ondertussen ook in de gaten heeft. Plotseling begon haar tegenstander (+ 5,00) in Anna’s bedenktijd luidkeels te beweren dat de stand potremise was. ‘Ik bied remise aan! We kunnen nog een uur doorspelen, maar de uitslag staat vast!’ Anna keek me vragend aan, en ik schudde beslist van nee. Immers: dit was het achtste bord van de klasse 3c en we hadden nog steeds kansen op een beter resultaat dan een roemloze nederlaag. Anna keek nog eens goed en won vervolgens, in een grote afruil, haar toren terug. Wat resteerde was een symmetrische pionnenstelling met ieder één paard: nu was het pas echt potremise! Ik maakte dat ik wegkwam. En ja, hoor, even later galmde opnieuw de stem van Anna’s tegenstander door de zaal. ‘Hier ga ik dus niet meer aan beginnen, hè! Ik heb er genoeg van. Je mag hem hebben, ik ga naar huis!’ Beduusd incasseerde Anna het punt. We leefden nog en mijn stemming werd langzaam weer wat beter…
Ook bij Ineke, met zwart aan bord 4, was het ondertussen bal. Ze had een tegenstander die beslist veel beter schaakte dan zijn 949 ratingpunten suggereerden, en het gevecht was - voor ons toeschouwers - adembenemend. Ferdinand heeft op het Gastenboek al iets laten zien van het slot van de partij, maar mij fascineerde het meest de fase tussen zet 23 en zet 30, waarin beide spelers elkaar in hoog tempo probeerden af te troeven en de kansen wisselden van -6 tot +6. Daarbij moet je je bedenken dat Ineke nog zo’n tien minuten bedenktijd had en haar tegenstander (met nog drie kwartier op de klok) zich liet verleiden mee te gaan in haar tempo. Het gebeurt altijd weer. Mooi!
H. Haout x I. Binnendijk na 24. … Dxe7. Zwart staat dik gewonnen: er dreigt De1† en Lxg2. Fritz: -6,03
25. Dxf3 Txc4 (-2,55; beter was 25. … De5 -6,70) 26. Lb2 De4 27. Dh5 (-3,50) a6? 28. Dxh6†! (+6,76) Dh7 29. Dxa6? (0,00 waar 29. Lxg7† de partij voor wit had gewonnen) Prachtig! Ineke verkeert in bloedvorm en lijkt klaar voor Wijk aan Zee!
Ook over het ‘notatie-relletje’ heeft Ferdinand al wat op het gastenboek geschreven. In de spectaculaire slotfase probeerden beide spelers de boel, op het scherpst van de snede, te forceren. Er werd gebluft, geschwindelt en gegokt. Ineke was onder de vijf minuten bedenktijd terecht gekomen en noteerde niet meer, haar tegenstander had nog bijna meer dan veertig minuten. Ook hij speelde snel, noteerde slecht, en in al die opwinding helemaal niet meer. Ineke had er terecht al eens wat van gezegd, en herhaalde dat nu luid en duidelijk. Ze stond volkomen in haar recht. En toen bleek haar tegenstander dat plotseling onsportief te vinden! Een merkwaardige reactie. Hij was boos en riep dat het niet klopte dat hij wel moest noteren en zij niet. ‘Terwijl zij zichzelf nota bene zelf in tijdnood, en dus in de problemen had gebracht. Waarom mocht hij daar niet van profiteren? Zij werd op deze wijze bevoordeeld.’ Zijn taal (het Nederlands van de vreemdeling, of toch maar een bozig Engels) keerde zich nu ook tegen hem. Vervolgens verloor hij en niemand kon hem daarna nog overtuigen van zijn ongelijk en van het onrecht dat hem was aangedaan. Hij kwam uit Syrië, vertelden zijn clubgenoten me, en was sinds een paar jaar in Nederland. In Damascus zou hij een veel hogere rating hebben gehad, nu speelde hij erg wisselvallig. Soms ging het goed, soms belabberd. Dit jaar ging het eindelijk wat beter met hem. Misschien moest hij daarginds wel weg omdat hij slecht tegen onrecht kon, dacht ik. Hij zal wel meer meegemaakt hebben dan ik. Na een tijdje kwam hij nog een hele poos naar het gevecht van Henk aan het tweede bord kijken, en ruimde ondertussen pijnlijk nauwkeurig de stukken op: bord netjes opgevouwen en de klok er zorgvuldig bovenop. Nog meer rare regels, hier in Holland…
Er kwam nu een blije man met iets te lang, krullend, grijs haar (type: oudere jongere) op me af die vroeg of beide meisje in mijn team ‘eigen kweek’ waren. Hier moest ik wel even over nadenken. Gelukkig was hij tevreden met mijn wat ontwijkende antwoord ‘dat we allemaal erg gelukkig met de onze beide meiskes waren!’
De stand was als door een wonder 3,5 – 3,5 en, zoals Harry appte: Henk moest weer eens de meubelen redden. Ditmaal met zwart aan het tweede bord. Dat werd nog een heel probleem, want ergens in het vroege middenspel was hij volstrekt onnodig een pion kwijt geraakt en eigenlijk liep hij verder de hele partij achter de feiten aan. Vorige week had hij nog geprobeerd met de achterkant van een bijl (tijdens het houthakken) zijn eigen voorhoofd in te slaan, maar nu dat allemaal wonder boven wonder goed was afgelopen, zat hij weer, met een diepe snee in zijn kop, achter het bord. Hij won een pion terug, er ging er weer eentje vanaf… Na een tijdje kwam hij melden dat hij remise wou aanbieden, en dat hij graag een pilsje beliefde. Ik ken Henk als iemand die nooit opgeeft wanneer hij ook maar het kleinste kansje ziet, dus ik liet de partij volledig aan hem over en ging achter het bier aan. Zijn tegenstander had nog wel oren naar dat remiseaanbod, maar nu was de VSG-teamleider onverbiddelijk. Doorspelen! En terecht, want weer een paar zetten later kon de Maître opgeven.
Geen wonderbaarlijke ontsnapping, dus, dit keer voor ZSG 3! VSG 4 had verdiend en volkomen terecht gewonnen. En zo werd de plaats van onze triomf in november nu het schouwtoneel van een bittere nederlaag in december. Roem is vergankelijk en vluchtig als rook... En dat was dan weer een mooie gedachte voor onder de kerstboom.